Autojournalist Carlo Brantsen: 'De grootste wegpiraten zitten op de fiets'

Zijn auto’s het grootste gevaar in de stad? Wat autojournalist Carlo Brantsen betreft zijn vooral fietsers de grootse wegpiraten.
Brantsen is autojournalist en hij heeft een duidelijke mening over de verkeersveiligheid: het gevaar komt niet alleen bij de auto's vandaan. "Ik heb een tijd in de Amsterdamse grachtengordel gewerkt. Daar ben je je leven niet zeker. Maar níet door de auto’s: daar zijn het de fietsers. Wat mij betreft zitten de grootste wegpiraten tegenwoordig op de fiets."
Wat betreft de autoluwe zones rondom de scholen is Brantsen ook sceptisch. "Ik heb ook schoolgaande kinderen gehad, en je kunt je inderdaad afvragen of het toen allemaal zo veilig ging. Maar nu zie je dat de auto’s honderd meter verderop in een woonwijk gaan parkeren. Ik weet niet of dat nu zoveel beter is."
Toch zullen er dingen moeten veranderen, vertelt Brantsen. "In de oudere, en laat staan de historische steden, heeft de auto weinig te zoeken. En het probleem wordt groter: alleen al in de afgelopen vijf jaar zijn er zo’n 500.000 auto’s bijgekomen. Dus we zullen mee gaan maken dat het in de toekomst moeilijker wordt om uit de voeten te kunnen met de auto in stedelijke gebieden."
Ook ziet hij dat bestaande oplossingen niet helpen: "De transferiums, die ze aan de rand van de stad hebben gebouwd, staan leeg. Blijkbaar zijn ze in Utrecht toch verknocht aan hun auto."
Uiteindelijk vindt hij dat we minder auto’s in de wijken moeten hebben. "Maar doe dat vooral bij nieuwbouwwijken", zegt hij. "Dan kunnen mensen van tevoren kiezen of ze er willen wonen. Het wordt een probleem als we in bestaande wijken de auto’s gaan wegdrukken."