Gezondheidspsychologe: 'We moeten leren omgaan met de onophoudelijke stroom aan prikkels'

Het aantal werknemers met een burn-out stijgt en is weer net zo hoog als voor coronatijd, blijkt tijdens de Week van de Werkstress. De oorzaak ligt er grotendeels in dat we in deze tijd voortdurend met informatie worden overspoeld, denkt gezondheidspsychologe Ulrika Leons, tevens directeur van Skils, onderdeel van Zorg van de Zaak. "We moeten daar beter mee om leren gaan."
Eén op de zeven werknemers kampt met burn-outklachten, blijkt deze week uit cijfers van het CBS en TNO. Ulrika Leons ziet daarin de digitalisering als belangrijke oorzaak. “Ons leven wordt gekaapt en geleid door informatie. Bij cliënten zien we terug dat het ze moeite kost om taken die diepe focus nodig te hebben in de werkdag te organiseren en daar tijd voor te maken of te krijgen.”
Niet alleen op het werk, maar ook thuis komt er veel informatie op je af: “In je privéleven heb je tegenwoordig ook een administratieve baan, of het nu gaat over je zorgverzekering of de energieprijzen. Dit zorgt ook in je privéleven voor druk.”
Ook valt iets anders op: “Werknemers moeten mentaal steeds schakelen tussen systemen, nieuwe werkwijzes en procedures. In korte tijd moeten ze veel informatie tot zich nemen. Dat vraagt om een mate van psychologische flexibiliteit waar werkgevers op dit moment meer begeleiding in zouden kunnen doen.”
Informatie-overload
Bij de informatie-overload is het belangrijk dat er ruimte is voor herstel, zegt Leons. “Dat geldt voor zowel op werk als privé. We moeten daarbij leren omgaan met de niet-ophoudende stroom aan informatie en prikkels. Ik zie daarin ook een taak voor werkgevers om medewerkers te leren hoe zij daarvan kunnen herstellen, ook buiten werktijd.”
In de kern gaat om het drie belangrijke dingen, zegt ze: “Je hebt plezier en vertier nodig, inspanning en herstel. Zo weet iedereen dat als je overbelast bent, het niet goed is om te gaan gamen in plaats van slapen. Maar in het klein speelt dat ook: als je elke pauze op je telefoon gaat zitten, ben je mentaal nog steeds aan het werk omdat je die informatie moet verwerken. Dat is anders dan bijvoorbeeld even uit het raam staren. Die micropauzes zijn belangrijk.”
De kantoortuin
Een mooi symbool voor hoe we altijd bereikbaar en beschikbaar zijn, noemt ze de kantoortuin. “Ook daar wordt altijd een appèl op jou en je zintuigen gedaan. Het kost veel focus en energie om je daar weer van af te sluiten. In de kantoortuin komt veel samen: je wordt overprikkeld en beschikt niet over je eigen rust en focus.”
Een ‘bibliotheekgedragscode’ zou veel kunnen uitmaken, denkt Leons. “Dus dat je op bepaalde momenten niet mag praten of bellen, waardoor je elkaar minder lukraak onderbreekt of uit de focus haalt. Focus is echt een randvoorwaarde en daar moet je op handhaven. Dat gebeurt nu gewoon niet.”
Om dit te verbeteren, is het belangrijk om goed naar de taken van de werknemers te kijken, zegt ze: “Kijk of de taken die er gedaan moeten worden zich lenen voor een rumoerige kantoortuin. Als je een redelijk ingewikkelde denk- of schrijftaak hebt, heb je focus gewoon nodig.”
Door een rumoerige kantoortuin kost het veel energie om je te focussen, zegt ze. “Daardoor maken mensen meer fouten, waardoor de kwaliteit achteruitgaat. Ook werken ze langzamer en kost het meer inspanning om tot hetzelfde resultaat te komen.”