Historicus: ‘Koninklijk Huis moet aandacht hebben voor koloniaal verleden om toekomst veilig te stellen’

In veel voormalige Britse koloniën riep het nieuws over het overlijden van koningin Elizabeth niet enkel gevoelens van verdriet op. Haar dood werd ook aangegrepen om de rol van het Britse koningshuis bij de verschrikkingen van de koloniale tijd te bediscussiëren. Om daar meer inzicht in te krijgen start de Universiteit van Manchester binnenkort een onderzoek naar de rol van het koningshuis bij het slavernijverleden. Zo’n onderzoek zou ook in Nederland een goed idee zijn, zegt historicus Karwan Fatah-Black.
“De Oranjes zijn altijd een belangrijk symbool voor de rol van Nederland in de voormalige koloniën geweest, zowel in positieve als negatieve zin”, zegt hij. “Nederland presenteerde dat ook zo, door veroverde overzeese gebieden te vernoemen naar leden van de familie van Oranje-Nassau.”
De wetenschap heeft nog geen totaaloverzicht van de rol van het koninklijk huis bij de slavernijgeschiedenis, zegt Fatah-Black. Wel zijn er een aantal concrete voorbeelden van leden van de koninklijke familie die in positieve of negatieve zin persoonlijk betrokken waren bij het Nederlandse koloniale verleden.
Koning Willem I bijvoorbeeld, de eerste koning van Nederland. “Hij vond dat het nieuwe koninkrijk een koloniaal rijk moest hebben en dat de verschillende delen van het koninkrijk samen moesten werken aan het opbouwen van Nederland. Tegelijkertijd schafte hij in 1814 de transatlantische slavenhandel af, om de Britten gunstig te stemmen.”
Ook in de tijd daarvoor, toen Nederland nog geen koningen had, speelden de voorouders van de huidige koninklijke familie een belangrijke rol in de koloniale geschiedenis van Nederland. “Stadhouder Frederik Hendrik van Oranje bouwde in het midden van de 17e eeuw een hof op met een koloniale uitstraling”, zegt Fatah-Black. “Hij hielp bijvoorbeeld zijn neef om gouverneur van Brazilië te worden.”
Veranderingen
Fatah-Black vermoedt dat leden van de koninklijke familie open zouden staan voor onderzoek naar het eigen verleden. “Als je ziet hoe ze met eerdere kwesties om zijn gegaan, denk ik dat ze er geen bezwaar tegen hebben dat het goed wordt uitgezocht.”
Daarmee doelt hij onder andere op de reactie van de koning op het protest tegen het gebruik van de Gouden Koets, vanwege een zijpaneel waarop zwarte mannen en vrouwen te zien zijn die rijkdommen aanbieden aan het koningshuis. Koning Willem-Alexander koos er begin dit jaar voor nog geen definitieve beslissing te nemen over de kwestie, maar de koets voorlopig niet meer te gebruiken bij officiële gelegenheden.
“Mijn indruk van de koning is dat hij een geïnformeerde discussie goed kan waarderen”, zegt Fatah-Black. “Aan de andere kant: de koninklijke familie heeft niet zelf opgeroepen tot onderzoek, terwijl bijvoorbeeld de gemeente Amsterdam dat wel heeft gedaan.”
Om de toekomst van de monarchie veilig te stellen, zou de houding van het koningshuis wel in die richting moeten veranderen, denkt hij. “Je ziet het aan de houding van koning Charles, die zich steeds stelliger uitspreekt over de negatieve kant van het koloniale verleden en slavernij. Het alternatief is onaantrekkelijker, namelijk dat steeds meer mensen en landen zich afkeren van het koningshuis.”
Beeld: YouTube/Pakhuis De Zwijger