Socioloog Wim Dekker: ‘Er is geen vertrouwenscrisis, maar een waarderingscrisis’

80 procent van de kiezers heeft geen vertrouwen meer in het kabinet, blijkt op Prinsjesdag. Socioloog Wim Dekker, lector aan de Christelijke Hogeschool Ede, vindt de cijfers ‘onthutsend’. Volgens hem zegt het meer over waardering dan over vertrouwen.
“De cijfers raken niet alleen het huidig kabinet, maar ook de politiek in het algemeen”, zegt Dekker. Volgens hem is er eerder sprake van een waarderingscrisis dan een vertrouwenscrisis: “De manier waarop politici en bestuurders nu vormgeven aan hun verantwoordelijkheid, roept weinig waardering op. Het is geen wantrouwen in de politiek, het is gewoon een slecht cijfer voor politici.”
Daarbij benadrukt hij dat de grote massa zich, ondanks de polarisatie en opstanden, nog wel met de Nederlandse samenleving en institutionele orde identificeert. “Dat zag je ook in coronatijd.”
Goede leiders
Hij noemt een aantal oorzaken voor het dalende vertrouwen. Zo wijst hij naar premier Rutte: “De premier heeft geen moreel gezag en zit het herstel van vertrouwen nu echt in de weg. Hetzelfde geldt voor de leiders van het CDA. Zij zijn niet in staat om te verbinden: niet in hun eigen partij, niet in de coalitie en niet in de samenleving.”
Er is een grote behoefte aan goede leiders, zegt Dekker: “Mensen die moed hebben en zich niet steeds uit hun rol laten trekken door emotieverhalen en sensatie. Maar leiders die visie hebben en weten wanneer ze het volk om geduld moeten vragen en wanneer ze mee moeten bewegen.”
Gezag en omgangsvormen
Ook is het morele gezag van de politiek volgens hem ernstig aangetast door grote kwesties zoals de gaswinning in Groningen, het coronabeleid en de toeslagenaffaire. “Daarbij gaat het niet alleen over mislukt beleid, maar ook over moreel fout handelen. Mensen zijn teleurgesteld: het lukt ministers maar matig om hun vertrouwen te herstellen, omdat hun excuses veelal ongeloofwaardig waren.”
Ook wijst hij op de manier van debatteren en omgangsvormen in de Tweede Kamer. “De polarisatie in de samenleving valt misschien wel mee”, zegt Dekker. “Per saldo zijn ook boeren redelijke mensen. Maar dat beeld wordt versterkt door media, die steevast kiezen voor een conflictversterkende invalshoeken. Politici in de Tweede Kamer doen dat ook. Debatten zitten vol met morele diskwalificaties en aantijgingen. Dat is niet verbindend, terwijl er op inhoud niet zoveel spanning is. Dat is echt schadelijk voor de waardering.”
Daarom zouden politici geschokt moeten zijn door de cijfers, vindt hij. “En dan niet de ander diskwalificeren. Ook zichzelf niet. Maar met elkaar kijken hoe het anders kan.” Dat zou kunnen door als politiek de kalmte te behouden, zegt hij. “Door niet mee te gaan in de jachtigheid en het geschreeuw van partijleiders zoals Wilders en Baudet. Maar door fatsoenlijk te debatteren over wat Nederland nodig heeft.”