Visserijwethouder Urk: 'Ook vissers verdienen brandstofsteun'

Veel vissers gaan gebukt onder de hoge brandstofprijzen, terwijl Brussel brandstofsteun beschikbaar heeft gesteld voor de visserij. Het kabinet sluit de visserijsector hier echter van uit. Onterecht, vindt Nathanaël Middelkoop, wethouder visserij op Urk.
Urker vissers hebben het zwaar, blijkt ook uit het verhaal van visserman Jan de Boer. De stijgende brandstofprijzen maken het niet meer rendabel om uit te varen. Dit terwijl de Europese Commissie wel brandstofsteun beschikbaar gesteld voor de visserijsector. Het kabinet wil echter niet compenseren voor fossiele brandstoffen.
Vissers moeten echter een uitzondering krijgen, vindt wethouder Middelkoop. Zijn inschatting is dat het kabinet bang is dat een uitzondering voor de visserij de deur opent voor andere sectoren (zoals transport en de industrie) om ook steun te vragen, zegt Middelkoop. “Die discussie speelt al bijna een jaar tussen de sector en het kabinet.”
Het gaat het om maximaal 35.000 euro per schip, wat ongeveer één week aan brandstof compenseert. In lidstaten zoals België, Duitsland en Denemarken wordt deze steun al uitgedeeld. “Van dat bedrag alleen kan een bedrijf het natuurlijk nooit redden. Maar het gaat om het signaal dat de overheid hen ziet.”
‘Steun is verdedigbaar’
Toch vindt hij dat de visserij de steun verdient. “Brussel heeft de steun al specifiek mogelijk gemaakt. Ik denk dat dit goed te verdedigen als je bedenkt dat de visserman de gestegen prijs niet kan doorbelasten, omdat de vis op de veiling over de klok wordt verkocht. De handelaar drukt op de prijs.”
Hij zegt de terughoudendheid van het kabinet uit angst voor een precedentwerking te begrijpen. “Maar daarmee ga je voorbij aan het feit dat Brussel hier al prioriteiten in heeft aangebracht en sluit je je ogen voor de moeilijke situatie waar de sector in zit.”
Saneringsregeling
Bedrijven kunnen zich momenteel inschrijven voor een saneringsregeling als ze ermee willen stoppen. Zo’n twintig lokale bedrijven maken hier gebruik van, schat Middelkoop in. “Dat zullen vooral boomkorvissers zijn, omdat zij de meest brandstofintensieve manier van visserij hebben.” De regeling betekent dat ze hun rechten en vergunningen aan de overheid verkopen en het schip naar de sloop brengen.
Maar er is geen beeld hoe je met de achterblijvers omgaat, zegt Middelkoop. “Hoe kunnen zij doorontwikkelen? Want uiteindelijk wil je op weg naar een duurzamere sector en daar is volop draagvlak voor. Maar op dit moment is dat een nog een onzekere sprong om te maken. De saneringsregeling voelt dan als een veilige keus."
Eind deze maand loopt de inschrijftermijn voor de saneringsregeling af en wordt duidelijk welke ploeg en omvang overblijft, zegt hij. "En of dit voldoende is om de sprong naar een duurzame toekomst te maken.”
Innovatie
Heeft de visserij eigenlijk wel alle kansen gepakt om te innoveren in een duurzame toekomst? Het verbod op de innovatieve pulskorvisserij maakte dat vissers weer terugvielen op minder duurzaam en selectief tuig, zegt hij.
Toch zijn de nieuwe visserijtechnieken er, zegt hij. “Alleen die zijn niet van vandaag of morgen klaar. Het kost jaren om dat echt goed te krijgen. Het Rijk denkt wel mee, alleen je raakt ook in een bureaucratie verzeild met vereisten op het gebied van natuur en duurzaamheid.”
Impact op Urk
De situatie is in heel het vissersdorp voelbaar. Op dit moment voelt het een beetje alsof de ziel uit het dorp wordt gehaald, zegt Middelkoop. “Niet alleen op de kotters is de impact voelbaar. De afslag krijgt minder aanvoer, er is minder werk in de visverwerking en de handel moet de omschakeling maken naar zalm en kabeljauw. Maar ook gaat het om de bedrijven die netten en motoren onderhouden, de supermarkten die wekelijks boodschappen aanleveren voor op zee en de bakker op de hoek. Het werkt heel ver door.”